tr. op 11-06-1696 te Huijsen; Impost f 6,-
met
Gijsbert Hendricksz Koppen, zn. van Hendrick Jacobsz Hendricksz Tol en Luijtien Martens ,
geb. in 1664 te Huijsen; Koptienden Eerste: 1704-59,
L.R.Lustigh-176-1527; blz. 161: 55 jaar oud verdronken,
ovl. op 25-02-1719 te Huijsen; Verdronken tijdens vissen; 55 jaar,
begr. op 25-02-1719 te Huijsen,
, -
GIJSBERT HEIJNDRICK JACOBSZ
Huizen Koptienden (1704-59 1735-35):
1704-59: v. Willem Gerritsz 1 Spt 1 cop
t/m 1710-39: Situatie: 1 Spt 1 cop
1715-35 t/m 1735-35: Situatie: 1 Spt 2 cop
MOGELIJK OP:
1737-39: op Jacob Cornelisz Killewigh 1 Spt 2 cop
-
Huizen-DTB-12-Ipost op Trouwen; 25-05-1696; ontf. van Gijsbert JACOBSZ jonghman en Aeltgen Willems ijeder f 3,-; samen f 6,-
-
Huizen-DTB-3A-Trouwen; 11-06-1696: Gijsnert HENDRICKSEN j.m. en Aaltien Willems j.d, beijde van Huijsen
-
Huizen-DTB-5A-Lidmatenregister; 29-09-1697; aangenomen op Belijdenis: Gijsbert Hendricksen en Aaltien Willems; echteluijden
-
Huizen-DTB-18-Lidmaten-1698; Ondereijnde van het Dorp; Gijsbert Hendricksen en Aaltien Willems; echteluijden
-
ONA-3718A035; 18-11-1700: Testament Hendrick Jacobsz out-buijrmr van Huijsen en Luijtien Martens echteluijden binnen Huijsen. Langslevende. Tevens te institueren zij hun kinderen Jacob Hendricksz, Gijsbert Hendricksz, Aaffjen Hendricks, Aart
Hendricksz . Getuigen Lambert Willemsz Kaijer en Elbert Cornelisz Vos
-
ONA-3719A043; 10-09-1703: Herzien Testament van Hendrick Jacobsz, oud-Buijrmr des dorps Huijsen en Luijtien Martens echteluijden beiden ziek te bed liggende. Institueren Jacob Hendricksz, Gijsbert Hendricksz, Aart Hendricksz mitsgaders het
kind van haar overleden dochter Aaffjen Hendricks geprocreeert bij Rut Lambertsz Doorn. In Huijsen ter presente van Lambert Willemsz Kaijer en Elbert Cornelisz Vos
-
ONA-184-3196A252; 18-01-1706: vooghden over 't weeskint van Aefje Hendricks alle te samen erfgenamen van Hendrick Jacobsz; ende verclaerden sij comparanten nevens Rut Jansz Timmer als mede vooghd, vercoght te hebben aen Aert Gerritsz seecker
swat maetlant voor f 299
-
Huizen-DTB-19-Lidmaten-1708; 't Huijser Ent, Gijsbert Hendricksen en Aaltje Willems
-
Huizen-DTB-20-Begraven; 25-02-1719: zijn ook op dese dag verdronken in een omgeslagen schuit Gijsbert Hendricksz KOPPEN met Lammert Harmensz twee vissers samen viszeilen
-
Kroniek L.R. Lustigh-176-1527; Folio-158; 25-02-1719: ... Liet informeren, ende het selve bevonde hebbe als voorz staat, Ja hier op maakt de voorz Aart vos het selve ook bekent aen de Huijsvrouw van gijsbert Hendrickxz en aen sijn twee
dogters geertje en rietje die niet minder begonnen te krijten als de anderen des sonnendaags den 26 ffebr vonden eenige visschers goet om eenige kleijne dreggetjes van bunschoeten te halen om daar mede Langs de gront te visschen, en soo daar
mede de verdroncken personen te soecken en op te vissen, waar op goet gevonden wiert dat klaas rutgertsz en Jacob de broeder van Lambert die verdroncken was van bunschoeten souden halen, gelijck sij die op dien dagh noch quamen te doen
Op maandagh smorgens den 27 ffebreuw: 1719 doen varen de meeste visser van voor onse wal met dit gereetschap heen, na de plaats daar sij verdroncken waren en de sijnde gekoemen aldaar, gingen sij neerstigh met dit gereetschap aen 't soecken 't
welck van Honderden van menschen uijt ons dorp aengesien wierde, maar vonden geene van de verdronckene personen, maar vonden en visten een oude zeijldoeckse broeck van gijsbert Hendricksz van de gront op, Vorders sijn de meeste visschers
genegen om noch meer te soecken enz
-
ORA-184-3177; 23-02-1725: Tot voogden over de minderjarige nagelaten kinderen van Gijsbert Hendricksz Coppen verwekt bij Aaltje Willems werden gestelt Aart Hendricksz Coppen en Harmen Tijmensz
-
ORA-184-3217A031; 13-04-1725: Akte van bewijs. Aaltje Willems weduwe van wijlen Gijsbert Hendricksz Coppen ter eenre, en Aart Hendriksz Coppen en Harmen Tijmensz als voogden over hun minderj. nagel. kinderen, met name Rutje en Luijtje Gijsberts
Coppen ( er staat Rutje en Luijtje Willems), zijn overeengekomen: f 100/kind, land en opvoeding
-
ORA-184-3218A038; 01-03-1726:Marritje Lamberts Argejok weduwe van wijlen Claas Willemsz Boer ter eenre, mitsgaders Jan Willemsz Boer en Hendrik Gerritsz Snijder als in huijwelijk hebbende Rutje Vreeken die de enige dogter en universele
erffgenaam is van Matje Willems Boer, sijnde de voorn: twee comparanten ider voor 1/4 erffgenaam van de voorn: Claas Willemsz Boer, en sulks soo voor haar selve als de rato caverende voor Jutje Willems Boer weduwe van Willem Gijsbertsz, en voor
Aeltje Willems Boer weduwe van Gijsbert Hendriksz, welke twee genoemde personen ider mede voor 1/4 erffgenamen sijn van haar gemelde broeder Claas Willemsz Boer, en sulks de voorn. comparanten ter andere sijde.
-
ONA-3731A037; 17-06-1729: Jan Hendricksz wonende tot Huijsen heeft gekocht 2/3 part van een huijs en erve gelegen in het dorp belent Gerrit Jacobsz Snijder ten oosten en Rijk Lambertsz Lustig ten westen, en bekent schuldig te zijn aan Aart
Hendricksz Coppen en Harmen Tijmensz in qualt als voogden over het minderjarige kind van Gijsbert Hendricksz een somme van f 175 en aan Rutje Gijsberts meerderjarige ongehuwde dogter gelijke somme van f 175; in totaal f 350,-
-
ORA-184-3178; 10-11-1730: tot voogd in plaats van Harmen Tijmensz over Luijtje Gijsberts nagelaten dochter van Gijsbert Hendriksz en Aaltje Willems, wert benevens Aart Hendriksz Coppen gestelt, Jan Willemsz Boer.
Uit dit huwelijk:
naam | geb. | plaats | ovl. | plaats | oud | relatie | kinderen | |
1 | Willem | *1697 | Huijsen | Huijsen; <= 1707 | 0 | 0 | ||
2 | Rutien | *1698 | Huijsen | Huijsen; <= 1700 | 0 | 0 | ||
3 | Ruttien | *1700 | Huijsen | 1 | 0 | |||
4 | Geertien | *1702 | Huijsen | †1771 | Huijzen | 69 | 1 | 6 |
5 | Willem | *1707 | Huijsen | <= 1725; ORA-184-3217A031; 13-04-1725 | 0 | 0 | ||
6 | Luijtien | *1709 | Huijsen | †1709 | Huijsen; <= 1710 | 0 | 0 | |
7 | Luijtje | *1710 | Huijsen | †1735 | Huijsen | 25 | 1 | 1 |